Summer School - Engels

Gepubliceerd op 12 augustus 2022 om 17:00

“Stel: Je wilt in het Engels zeggen: “Ik heb het heet.” Wat is dan de juiste vorm? (A) I’m hot! (B) I have it heat! of (C) I’m warm having?”

 

Het zou zomaar eens een vraag uit het Engels examen van de My Thoughts Summer School kunnen zijn. Vandaag gaan wij terug de schoolbanken in en buigen wij ons over het schoolvak Engels.

 

Waar de BETA-vakken weinig op animo van u als lezers kunnen rekenen, het lijkt erop dat de talen nog minder populair zijn. Engels… bijna iedereen heeft er slechte herinneringen aan. Vooral het eindeloze rijtjes stampen (en dan een 1 krijgen omdat je 9 van de 100 woorden niet wist te herinneren), de grammatica (je zult maar which verwisselen voor witch) en een leraar die je uitlacht omdat je een synoniem verkeerd gebruikte…

 

Nee, Engels boeit ons als Nederlanders niet zoveel. Toch is dit bij uitstek het vak waarvan de gedane kennis ook in het volwassen leven bruikbaar is. Er gaat bij mij geen dag voorbij dat ik geen Engels gebruik. Of het nu het lezen is van een internetartikel, een gesprek met een cliënt of het zingen van een Engelse Hymn… het brengt mij terug naar datgene wat ik op mijn middelbaar geleerd heb.

 

Maar ondanks dat ik er nu veel aan heb, ook ik denk met gemengde gevoelens terug aan de lessen. Je zult maar zo’n leraar hebben die tijdens de gehele les geen woord Nederlands wil horen. Dan moet alles opeens in het Engels. Zelfs als hij je huiswerk opgaf, dan was dat in het Engels. Erg handig… behalve als je niet begreep wat hij bedoelde. Dan kon je wel eens de verkeerde hoofdstukken maken.

 

En dan die boekjes die je verplicht moest lezen. Daar kreeg je dan een vragenlijst over. Elke les kreeg je weer zo’n ding mee naar huis. Ik moet eerlijk bekennen; ik heb ze nooit gelezen. Want… elke middelbare scholier kent de websites met uittreksels. Alle informatie die je nodig had, was daarop te vinden, en dan ook nog in het Nederlands.

 

Had je de eindeloze woordenlijsten overleefd, wist je een beetje hoe je alles moest spellen, dan kreeg je al snel een toetst schrijfvaardigheid. In mijn middelbareschooltijd was internet net een beetje ingeburgerd. Toch moesten wij schrijven… ja, met pencil on paper… Wasn’t that a little oldfashioned? Immers, waarom zou je moeilijk doen als de vertaalmachine op internet het zelf kan? En dan moest je ook nog gaan zitten bladeren in een woordenboek! (Voor de jeugd: Dit is een boekje met woorden op alfabetische volgorde, waar je de vertaling in op kunt zoeken. Ik denk, ik leg het maar even uit…)

 

Na de toets schrijfvaardigheid volgde al snel het volgende probleem: de luistertoets, al dan niet aangevuld met beeldmateriaal. Filmpjes over de meest uiteenlopende (totaal niet interessante) toppics kwamen langs. En dan moest je ook nog opletten wat er gezegd werd en (met de meestal zeer beperkte woordenschat die je had) je moest begrijpen wat er in de vraag gevraagd werd en welk antwoord je moest geven. Kon je goed gokken, dan had je mazzel. Dan kon je eindelijk je cijfer weer wat opkrikken. Slechte gambler? Unlucky you! Je cijfer daalde verder en je moest keihard aan de slag voor je examen.

 

Want ja, tijdens dat gevreesde examen moest je alles samenvoegen wat je geleerd had. Twee Engelse leraren zaten tegenover je. Eerst moest je je een weg banen door de klanken van het Engelse alfabet, gevolgd door je mondelinge overhoring.

Weken had je aan je werkstuk geknutseld, en nu moest je erover vertellen in het Engels. (Had je meer talen in je pakket, dan mocht het niet hetzelfde werkstuk zijn als voor Duits of Frans.) Hoe verzin je iets wat interessant genoeg is om een halfuur over te kletsen in een taal die je niet goed kent?

 

Zelf had ik twee buitenlandse talen in mijn pakket (Engels en Duits) en… it’s confession time! Ik ga iets bekennen wat niemand tot nu toe wist: ik heb valsgespeeld. Mijn werkstuk voor Engels bestond uit een papieren pop-up orkestbak met muzikantjes en instrumenten. Ik had bedacht dat ik over een orkest wel een tijdje kon praten en als ik niets meer te zeggen had over het orkest, dan babbelde ik mijn tijd wel vol over de verschillende instrumenten en muzikale mogelijkheden. So said, so done!

Maar als de opdracht voor Duits hetzelfde luidt: ‘maak een werkstuk en zorg dat je hierover kunt vertellen’, waarom zou je het jezelf dan moeilijk maken? Ik mocht niet hetzelfde werkstuk inleveren, dus ik heb 2 orkestbakken gemaakt. Het ontwerp had ik toch nog liggen. Wel heb ik de orkestbak een ander kleurtje gegeven, en de jurkjes van de muzikantes in een andere kleur geprint. Voila! Ik had 2 werkstukken.

(Nu maar hopen dat de leraren van mijn middelbare school dit artikel niet lezen 😊)

 

Anno 2022; kinderen in groep 1 (!) krijgen hun eerste Engelse woordjes geleerd. Ik vind het belachelijk. Wij zijn Nederlands, dus laten wij zorgen dat wij eerst de moedertaal onder de knie krijgen, die is al lastig genoeg. Is dat goed gelukt? Than we can continue to a foreign language. With new words, a new vocubulary, new opportunities to express yourself.

 

Maar… genoeg Engels voor deze website. Nederlands leest toch net wat makkelijker!

 

Johannes R

 


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.