Bron van Zaligheden (1/3)

Gepubliceerd op 17 juni 2022 om 17:40

Regelmatig schrijf ik op deze website artikelen over de diepere betekenis van kinderliedjes. Het blijft leuk om op zoek naar de betekenis achter de liedjes die wij allemaal gedachteloos aan ons kroost aanleren. Toch… in kinderliedjes mist vaak de diepere betekenis. Het zijn liedjes over alledaagse zaken. Bijna vergelijkbaar met de huidige Nederlandse (pop)liedjes. Liefde, verdriet en alledaagse voorbeelden wisselen zich hierin af, vaak met een sausje van smart, lust en een op de emotie werkende beat.

 

Gelukkig kennen wij in ons vaderland ook een ander soort liederen. Liederen gebaseerd op de Bijbel en de God van de Bijbel. Liederen die niet gaan over ons mensen, maar die wijzen op de Zaligmaker, die wijzen op dat enige nodige wat ons mensen voor ons overlijden ten deel moet vallen, Gods genade in de bekering. Onderaan dit artikel vindt u elke voorbeelden van artikelen over die liederen.

 

Welke liederen zijn dit? Als eerste (en belangrijkste) zijn daar de Psalmen. De bewerkingen van Datheen, 1773 en Ds. Meeuse; wat zijn ze allen rijk van betekenis. Toch zijn er meer goede liederen te vinden. De komende 3 weken wil ik met u kijken naar zo’n lied, de titel staat boven dit artikel. Het lied (wat opgenomen is in de bundel van Johannes de Heer) is geschreven op de muziek van Bach en behandelt een bijzonder diepe en indringende tekst.

Hierbij moet een tweetal zaken worden opgemerkt

  1. Ik baseer mij op de Nederlandse tekst en niet de oorspronkelijke Duitse tekst van Johann Franck en Jan Hovy.
  2. Ik ben geen predikant en pretendeer dit ook zeker niet te zijn. Ik baseer mijn behandeling op my thoughts en betracht hier een zo groot mogelijke voorzichtigheid in.

 

Bron van zaligheden
Doe m’Uw pad betreden,
Volgzaam, blij en stil.
Trooster aller smarten,
Neig mijn dwaalziek harte
Tot Uw vrees en wil,
Leer mij U in heel mijn leven
Lof, aanbidding, dank te geven.

 

 

Bron van zaligheden

Dit lied kan ik eigenlijk woord voor woord behandelen. En misschien moet ik dat ook maar deels doen. Want de aanhef is direct bijzonder. ‘Bron van zaligheden’ het lijkt haast wel een aanspreektitel, een naam. Ik moet denken aan zondag 47 over de namen van God. Door die eerste regel blijkt direct wat voor een lied dit is. ‘Bron van Zaligheden’… het is de opening van een gebed.

Dat komen wij vaker tegen. Gebeden worden door christelijk Nederland veel gezongen. Wie kent er niet een versie van het ‘Onze Vader’ uit zijn hoofd? Wie heeft er niet het gebed van Psalm 25 aangeheven: ‘Heere, maak mij Uwe wegen door uw woord en Geest bekend” of bad in angst de woorden uit Psalm 130: “Uit de diepten roep ik tot U, o God! Wil mijn smeekstem horen?”

 

En… wij roepen een bron aan. Een Bron met een hoofdletter. Op aarde kennen wij bronnen; waterputten waar het grondwater omhoog borrelt, vaak zoet water, vaak drinkbaar.

Pinksteren ligt achter ons. Velen van ons zijn onder de verkondiging van het Pinksterevangelie gewezen op het water des levens. Ik verwees er in de opening van dit artikel al naar. Een druppel van dat water is genoeg voor de eeuwigheid. Maar… tijdens de pinksterdag hoorden wij ook over de stromen van zegen die als plasregens neervallen op de aarde. Zie hiervoor ook het artikel over de sombere Pinsterdagen van 2022. De oorsprong van deze wateren ligt in de Bron.

 

Wij hebben het hier niet over een normale Bron, nee, een bron van zaligheden. Een bron van zegeningen. Die zegeningen waar Psalm 118 om vraagt: “geef thans Uw zegeningen” en waar Psalm 72 van belooft: “Hun zal een schat van zegeningen ten erfdeel zijn”.

 

Doe m’Uw pad betreden
Volgzaam, blij en stil

Na de aanhef volgt de vraag: “Doe m’Uw pad betreden, volgzaam, blij en stil.” Met andere woorden staat hier: “Doe mij op 't pad van Uw geboden treên; Schraag op dat spoor mijn wankelende gangen.” Klinkt het u ook bekend in de oren? Psalm 119 spreekt van hetzelfde pad.

Ik moet terugdenken aan mijn tijd in de verstandelijk gehandicaptenzorg. Elke avond sloten wij daar af met het zingen van psalmen. Iedere bewoner van de woonlocatie had zijn/haar favoriete psalm. Niet alle bewoners hadden de mogelijkheden om verbaal duidelijk te maken welke psalm ze wilden zingen, zij deden dit non-verbaal. Enkele van hun wezen dan naar hun voeten. Als begeleiders wist je: Ze willen zingen over de voetsporen in de paden van onze Schepper.Al was het fysiek soms onmogelijk: hun voeten moesten ook in het pad van Zijn geboden treên, hun voeten moeten in Zijn sporen worden gezet, zodat ze niet uitglijden.

 

Hoe vaak beseffen wij dat? Hoe vaak proberen wij onze voeten niet op onze eigen, brede wegen te zetten?

 

Trooster aller smarten
Troosten… de tedere hulp bieden aan hen in smart. Afgelopen zaterdag; ik mocht op een aantal kleine kinderen passen. En ja… dan gaat er wel eens iets mis en stoot er een kleintje zijn hoofd, de lip begint te trillen, de tranen stromen uit de oogjes. Zonder erover na te denken zak je door je knieën, open je de armen en bied je troost.

Niet alleen kinderen, ook volwassenen hebben troost nodig. Ook bij hen kan de pijn gevoeld worden. Soms is een luisterend oor voldoende, soms een hand op een schouder, soms een ferme handdruk. Wij allen kunnen bezet worden door smart en pijn. Dan is troost fijn. Echter… wij als mensen kunnen soms geen troost bieden. Bij rouw en diepe smart kun je er zijn, maar echte troost bieden, dat lukt niet. Dat kunnen wij niet. Soms staan wij machteloos.

En toch… de tekst vervolgt met de zin: “Trooster aller smarten.”

Met Hervormingsdag vorig jaar schreef ik er nog een artikel over en wederom valt het mij op; hoe resoluut is de tekst in religieuze muziek vaak, er is geen ruimte voor twijfel: ”Trooster ALLER smarten” staat er. De Christen heeft een toevlucht in de angst, de pijn en het verdriet: Het gebed met Hem. Wij leren het de kinderen al vroeg: “Je mag altijd alles aan de Heere vragen”.

 

Neig mijn dwaalziek harte
Tot Uw vrees en wil

Neigen, een oud Nederlands woord. Het betekent: ‘overhellen tot een bepaalde denk- of handelwijze’ aldus Van Dale. Even de tekst vereenvoudigen: “Wilt U mijn dwaalziek hart afkeren van het dwalen en richten op Uw vrees en wil.”

 

Is ons hart dwaalziek dan?

Volgens Psalm 119 : 5 wel: “Laat mij van 't spoor, in Uw geboôn vervat, niet dwalen, HEER, laat mij niet hulp'loos varen.:” Maar datzelfde psalmboek geeft ook aan dat er hoop is: “dus zal Hij door

Onderwijzing hen, die dwalen, brengen in het rechte spoor” aldus Psalm 25 : 4.

 

Leer mij U in heel mijn leven

De vraagsteller gaat door in de laatste regels van vers 1: Leer mij… Een tekst die wij vaker tegenkomen. Enkele voorbeelden: “Leer mij uw weg, o Heer,” “Leer mij o Heer uw lijden recht betrachten”, “Leer mij naar Uw wil te handelen”. Het is het kind wat aan de Onderwijzer vraagt hoe iets moet. De vrager heeft les/catecheses nodig. En vooral aan het einde van zo’n tekst.

Hebben wij niet elke dag les nodig? Moeten wij niet, bekeerd en onbekeerd, dagelijks gedurig onderwezen worden? Ja, van kinds af aan. Wat een zegen dat de Christelijke scholen nog mogen bestaan. Al komt er veel tegenop. Al probeert men de leer aan banden te leggen… de ware Bijbelse leer moet gehoord worden. Hierin hoeven wij niet veel van onze regering meer te verwachten, maar laten wij hier zuinig op zijn en ons hierin niet door een aardse regering aan banden laten leggen.

 

Lof, aanbidding, dank te geven.

Vers 1 eindigt in de lofprijzing. Want… als wij al het bovenstaande ter harte mogen nemen en die Bron van zaligheden ons op het pad van Zijn geboden laat treden, als wij dan waakzaam blij en stil hem als de Trooster van onze smarten mogen zien in geheel ons leven, dan past het om te eindigen in de dank.

 

Lof, eer en prijs zij God
die troont in ’t licht daarboven
Hem, Vader, Zoon en Geest
moet heel de schepping loven!

 

Johannes R


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.