Rood-Wit-Blauw

Gepubliceerd op 30 april 2021 om 17:00

Een paar dagen geleden was het weer onze nationale feestdag. Door heel Nederland wapperde de nationale driekleur. Overal verschenen er verwijzingen naar het rood-wit-blauw, van de vlaggetjes op de wangen van de kinderen, tot de rijk versierde fietsjes in de optochten. Van de kleur van de vingerhoedjes tot de kleur van de straten waar de feestvlaggetjes vrolijk wapperden.

 

Al van kinds af aan bekruipt mij op dit soort dagen het gevoel van nationale eer. Het samen Nederlander zijn. Voor even lijkt heel het land eensgezind in zijn uiting van vreugde. En misschien nog wel het mooiste: bij deze uiting hoort de driekleur hoog in de vlaggenstok te bungelen, aangevuld met het oranje van ons koningshuis.

 

Voor één dag is het dan: voor Vorst en Vaderland! Voor één dag klinken de orgeltonen door de kamer op de wijs van het Wilhelmus, of één van die andere prachtige vaderlandse liederen.

 

Ik herinner mij dat ik als kind altijd eerst naar de rondgang van ons koningshuis mocht kijken. Deze dag stond voor mij in het teken van de verjaardag van onze vorstin. Bij de koffie hoorde uiteraard een oranje gebakje, we aten crêpes met sinaasappel en dronken oranje drankjes.

 

Maar hoe mooi (en lekker) dat oranje ook was, het meest bijzondere moment was vroeg in de ochtend als ik mocht helpen bij het uithangen van onze vlag. Nee, onze vlag was niet zo’n simpel dingetje waar je de krant door kon lezen en waar de kleuren zo fel van waren dat je bijna een zonnebril op moest zetten… onze vlag kwam nog uit de oorlog. De vlag was groot en zwaar, de kleuren diep en donker. Nog genaaid in de oorlog.

 

Die vlag ophangen was trouwens een hele toer. Onze vlaggenstok moet in een houder die op een (naar mijn idee) redelijk onbereikbare plek is geplaatst; boven het voorportaal van onze voordeur. Het gevolg daarvan was dat ik eerst met een bouwtrap door de tuin en de poort moest, dat ding helemaal uit moest klappen en na al die moeite pas de vlaggenstok in de houder kon plaatsen. Toch… ik had het er voor over!

En dat was niet alles. Want als de wind met de vlag ging spelen, dan draaide hij wel eens om de mast. Ontelbare keren heb ik aan de mast staan draaien, tot de vlag weer loskwam. Die vlag moest en zou wapperen!

Stiekem hoopte ik dat de buren dan ook allemaal hun vlag buiten hingen, zodat heel de straat vol hing met het feestelijke rood-wit-blauw! (Met hier en daar een vleugje oranje natuurlijk)

 

En nu… Dit jaar hing er geen vlag aan mijn woning. Aan mijn voortuin is al jaren niets meer gebeurd (druk met de binnenzijde van het huis, sorry buren). Ik zou de vlag er geen eer mee bewezen hebben door hem op te hangen. Al vele jaren sla ik de gangen van de koninklijke familie niet meer gade. Hooguit een samenvatting op YouTube, maar meer tijd steek ik er niet in. Dit jaar stond er geen oranje gebakje bij mij op tafel. Dit jaar was ik niet gekleed in de kleuren van de driekleur.

 

Maar toch… toen ik door de straten liep van het dorp waar ik woon en al die vlaggen zag wapperen… bekroop mij weer even het gevoel wat ik vroeger als kind had. Na het zien van al die vlaggen stond ik met tranen in mijn ogen te kijken naar de kerktoren en wilde ik uit volle borst mee zingen:

 

O schitterende kleuren van Nederlandse vlag,

Wat wappert gij fier langs de vloed.

Hoe klopt ons het harte van vreugd en ontzag,

Wanneer het uw banen begroet:

Ontplooi u, waai uit nu, bij nacht en bij dag.

Gij blijft ons een teken, o heilige vlag.

Van trouw en van vroomheid, van vroomheid en moed

Van trouw en van vroomheid en moed.

 

Of is niet dat blauw in zijn smetloze pracht,

Der trouw onzer vaadren gewijd ?

Of tuigt niet dat rood van hun manlijke kracht,

En moed in zo menige strijd ?

Of wijst niet die blankheid, zo rein en zo zacht,

Op vroomheid, die zegen van Gode verwacht ?

De zegen, die enig, die enig gedijt,

De zegen, die enig gedijt.

 

Waai uit dan o vlag: zij een tolk onzer beê,

Om trouw en om vroomheid en moed !

De wereld ontzie u op golven en reê.

Doch daaldet gij ooit op de vloed.

Wij heffen uw wit uit de schuimende zee,

En voeren naar 't blauw van de hemel u mee.

Al kleurt zich, al kleurt zich uw rood met ons bloed,

Al kleurt zich uw rood met ons bloed.

 

Johannes R

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.