Schwärzwalder Kirschtorte

Gepubliceerd op 18 augustus 2023 om 17:00

Het is nog donker in het kasteel als koningin Gretl opstaat van haar prachtige bed, zo’n bed waar een gordijn omheen hangt. Zachtjes glijdt ze uit bed en trekt haar ochtendjas aan. Het is een bijzondere dag in het koninkrijk. Vandaag is haar man Hans jarig. Koning Hans en koningin Gretl zijn koning en koningin van een klein koninkrijkje, midden in het zwarte woud van Duitsland. 

 

In het bos slapen alle dieren nog. In de huisjes rondom het kasteel brandt ook nog geen licht. Nee, zelfs in het kasteel is alles nog rustig. 

 

De wachters staan nog te knikkebollen op de muren. Met gebogen hoofd leunen ze op hun hellebaarden en zwaarden. De keukenmeid ligt nog op een deken in de keuken voor de oven te snurken en in de stallen bij het paleis liggen de paarden rustig in het hooi. Overal is het nog helemaal stil. 

 

Op blote voeten loopt Gretl door de gangen van het paleis naar de wastobbe en plenst wat water in haar gezicht. Vandaag heeft ze geen tijd om uitgebreid in bad te gaan. Vandaag heeft ze haast. 

 

Wil je weten waarom? Koning Gretl wil een heel bijzonder verjaardagscadeautje aan haar man koning Hans geven. Ze heeft er heel lang over nagedacht, want wat geef je de koning van een land? Hij heeft alles al wat zijn hartje begeert. Vorig jaar kreeg hij een gouden ring, maar daarvan heeft hij er nu één aan elke vinger. Het jaar ervoor kreeg hij een prachtig zwart paard, maar ja… de stallen staan al vol. Het jaar daarvoor had ze een nieuwe jas laten maken door de kleermaker in rood fluweel, maar die draagt hij alleen als hij naar het bal gaat.

Lang heeft de koningin er over zitten piekeren. Wat moet ze haar man nu eens geven? Maar… ze heeft iets heel bijzonders verzonnen. En daarom is ze zo vroeg opgestaan. 

 

Snel kleedt de koningin zich aan. Maar wat is dat nu? Ze trekt niet haar koninginnenjurk aan. Nee, ze trekt de kleren van de keukenmeid aan. En dan trekt ze ook een nog een cape erover aan en verberg tze haar hoofd onder een hoofddoek. Wat is de koningin van plan?

 

Nog even kijkt ze achterom en dan verlaat ze snel het kasteel. In de verte begint de lucht een klein beetje lichter te worden. Over een paar uur zal de zon opkomen. Ze moet opschieten. Gehaast loopt ze het kasteelplein over naar de poort. Zachtjes doet ze de grote poortdeuren open. PIEP! klinkt het. Snel kijkt ze om of de wachters het niet gehoord hebben. Nee, gelukkig niet! Ze wringt zich door de kleine opening van de poortdeuren en sluit deze achter zich, haast zich over de hangbrug en loopt weg van het kasteel. 

 

Een tijdje later stopt ze voor een kleine boerderij. Daar slapen de mensen niet meer. Het boerenleven begint vroeg. De kippen moeten gevoerd worden, de koeien moeten naar het weiland worden gebracht, het graan moet gemaaid… De boerin die binnen bezig is om het ontbijt voor de kinderen te verzorgen ziet de ‘keukenmeid’ het erf oplopen. Wat doet die hier zo vroeg? Snel loopt ze naar buiten. “Meid, wat moet je hier?” 

Na deze vraag doet de koning de hoofddoek af. “Dag, boerin Holle. Mag ik even binnenkomen?” Opeens herkent de boerin de koningin. “Excuus, majesteit. Ik had u niet herkend," stamelt ze. “Komt u binnen!”

Eenmaal binnen vraagt ze: “Waarmee kan ik u van dienst zijn, majesteit?”

“Wel, zoals u weet is er vandaag feest in het koninkrijk. Mijn man, koning Hans, is jarig. Nu ben ik bezig met een heel speciaal cadeau. U heeft koeien, toch? Heeft u voor mij een flesje slagroom?”

“Maar natuurlijk, koningin. Waar heeft u het voor nodig, als ik vragen mag?”

De koningin glimlacht even. “Dat kan ik u niet vertellen. Het is nog een verrassing. Maar als u vanavond naar het feest komt, dan mag u bij mijn man en mij aan tafel zitten. Dan laat ik het u zien!”

“Ik zal er zijn, majesteit! Dank voor de uitnodiging!”

 

Snel verlaat de koningin de boerderij weer, trekt de hoofddoek weer voor haar gezicht en loopt terug naar het paleis. De wachters staan nog steeds te snurken alsof het een lieve lust is. Snel glipt de koningin weer naar binnen en loopt door de gangen terug naar de keuken. 

 

“Ik begrijp er niets van. Waar zijn mijn kleren nu gebleven? Die had ik toch hier neergelegd?”

In de keuken kijkt de meid verbaasd in het rond. “Ze kunnen toch niet weg zijn?”

“Hier zijn ze!” roept de koningin. 

De keukenmeid schrikt zich een hoedje als de koningin ineens om de hoek tevoorschijn komt. 

“M-m-majesteit, bent u dat? Waarom heeft u mijn kleren aan?”

“Ik zal snel omkleden, hoor. Je krijgt ze weer!” zegt de koningin met een glimlach. 

“Maar waarom draagt u mijn kleren?”

“Ik moest even weg, zonder dat ik herkend zou worden. Ik ben bezig met een verjaardagscadeau voor mijn man te regelen. Weet je wat? Jij mag vanavond tijdens het banket bij ons aan tafel zitten. Dan zul je zelf zien wat het geworden is!”

“Ik zal er zijn, majesteit! Dank voor de uitnodiging!”

 

Net als de koningin haar kleren weer heeft aangetrokken, klopt er een bode op de deur. 

“Majesteit, de marskramer die u enkele weken geleden ontboden heeft staat voor de poort en vraagt naar u!” zegt de bode.

“Stuur hem maar door! Fijn dat hij op tijd is!”

Niet veel later komt de marskramer binnen. “Hallo, majesteit, aangenaam! Dank dat u mij wederom wil ontvangen!”

“Graag gedaan, marktkramer! Fijn dat u er bent. Heeft u de koopwaar bij u waar ik om gevraagd heeft?”

“Jazeker, majesteit! Ik heb het voor u kunnen kopen in de haven. Het is over de zeeën vervoerd, speciaal voor u. Wilt u een stukje proeven van de koopwaar voordat u een beslissing maakt?”

“Jazeker!” klinkt het overtuigende antwoord van de koningin. 

De marktkoopman pakt vervolgens blokvormig object, gewikkeld in zilverfolie uit zijn en onthult een bruin stuk chocolade. Hij snijdt er een klein stukje af en geeft het aan de koningin. 

“Hmmm, heerlijk!” 

“Maar als ik vraag mag, majesteit, waarvoor heeft u dit nodig?”

“Voor mijn cadeau aan koning Hans! Weet je wat? Vanavond mag je bij ons aan de tafel zitten. Dan zul je zelf zien waarvoor het is!”

“Ik zal er zijn majesteit! Dank voor de uitnodiging!

 

De marskramer verlaat hierop de zaal. Ook de koningin loopt de zaal uit. Het is inmiddels een drukte van belang. Bedienden lopen af en aan om de tafels te dekken met het prachtigste servies. Bloemisten maken de prachtige stukken en plaatsen ze tussen de borden. Het orkest oefent de feest walsen voor de avond. De keuken gonst van de bedrijvigheid en begint al heerlijk te ruiken naar de gerechten die tijdens het banket opgediend zullen worden. Het plein voor het kasteel verandert in een feestplein. Overal worden door de inwoners vlaggetjes opgehangen. Kinderen spelen met opgeblazen ballonnen. Elk huis en elke winkel wordt feestelijk versierd met slingers. 

 

De koningin kijkt eens vanaf haar balkon naar beneden en zucht. “Dit wordt de mooiste verjaardag voor mijn man ooit! Het wordt feestelijk als ooit tevoren. Zo’n feest heeft ons land nog nooit gekend. Maar ik moet verder.”

 

Niet veel later zien wij de koningin de ommuurde kasteeltuin inlopen. In de tuin bloeien overal de mooiste bloemen. Daartussen staan fruitbomen, die vol hangen met het heerlijkste fruit. Behalve de koningin is er niemand in de tuin. Niemand heeft er tijd voor een moment van rust. Of wacht.. ja, toch! Daar is de hovenier. Hij staat met zijn schoffel in de hand onkruid te wieden. 

“Dag, hovenier!” zegt de koningin met een lach op haar gezicht. 

“Dag majesteit. Wat fijn dat u er bent. Heeft u gezien hoe mooi de rozen bloeien?”

“Dat bloeien ze zeker. Maar ik ben hier niet voor de rode rozen. Dat heb ik u toch al verteld. Is het gelukt?”

“Jazeker, majesteit. Eerder vanmiddag heb ik een mand vol rode kersen voor u geplukt. Kijkt u maar eens. En ik raad u aan er één te proeven. Ze zijn heerlijk zoet!”

“Oeh… dat zijn ze zeker!” zegt de koning met rode lippen. “Dank u wel, tuinman, dat u de tuin zo goed verzorgt!”

“Graag gedaan, majesteit. En omdat u er zo van genoten heeft, heb ik nog iets voor u. In het schuurtje heb ik een drankje gestookt met deze kersen. Speciaal voor u heb ik een flesje, alstublieft.”

De koningin trekt de kurk van de fles en ruikt er eens aan. De tranen springen haar in de ogen. 

“Stevig spulletje, tuinman!”

“Ja, majesteit. Ik dacht dat u en uw man het wel lekker zouden vinden?”

“Reken maar! Weet u wat, u mag vanavond bij ons aan tafel zitten. Dan kunt u er zelf ook van meegenieten!”

“Ik zal er zijn, majesteit! Dank voor de uitnodiging!”

 

Even later…

De koningin gaat het kasteel weer in en trekt haar mooiste kleren aan. Het is bijna tijd voor het banket en daarna het grote feest. Maar er moet nog 1 ding gebeuren. Ze haast zich naar de keuken waar alle gerechten al klaar staan. 

“Aan de kant, allemaal. Ik ben hier voor het cadeau voor mijn man. Wie heeft er een schort voor mij?”

Snel komt de meid aanlopen. “Alstublieft, majesteit.”

Koningin Gretl doet de schort voor en daar staat de koningin. Eieren, bloem en melk mengt ze in een kom. Chocolade wordt geschaafd en gesmolten. Slagroom wordt geklopt. Niet veel later is ze klaar. De bedienden staan er met verbazing naar te kijken. Een koningin in de keuken… Dat hebben ze nog nooit gezien. 

Als de koningin klaar is, doet ze de schort af. Op het aanrecht staat een zilveren cloche. 

 

“Tijd voor het feest! Kom allemaal mee naar buiten. En roep mijn man.”

 

Trompetten weerklinken. DE KONING! LEVE DE KONING! LEVE DE KONING!

 

Daar is koning Hans. Het volk juicht! Niet veel later zet het orkest ‘Lang zal hij leven!’ in en iedereen zingt vrolijk mee. Daarna roept iedereen in koor: HOERA! HOERA! HOERA!

“Dag, lieverd!” zegt de koningin tegen haar man en geeft hem een dikke zoen! “Van harte gefeliciteerd met je verjaardag!”

Koning Hans krijgt een beetje blosjes op zijn ronde wangen. “Dank je, vrouw!”

“Ik heb een heel speciaal cadeautje voor je.”

“Ow, dit keer geen ingebonden boek over sprookjes, een gouden lepel of een privéministreel?” vraagt de koning lachend.

“Nee, nee. Je ziet het na het eten! Aan tafel iedereen!”

 

Als de maaltijd afgelopen is staat de koningin op en tikt met haar lepeltje tegen een glas. 

Ting – Ting – Ting

“Onderdanen, personeel en gasten. Allen hartelijk dank voor uw komst naar het kasteel om de verjaardag van mijn man mee te vieren. Ieder jaar geef ik hem een bijzonder cadeau. Dit jaar heb ik een heel bijzonder cadeau. Ik weet dat je een echte lekkerbek bent…”

De koning wrijft eens even over zijn dikke buik. “Klopt! Ha ha ha!” roept hij lachend.

“… dus dit jaar heb ik een lekker cadeau voor je gemaakt. Het was niet mogelijk geweest zonder de boerin, de keukenmeid, de marskramer en de tuinman. Daarom zitten zij als belangrijkste gasten bij ons aan tafel. Breng mijn cadeau binnen!”

Snel lopen enkele bedienden naar de keuken en keren terug met de zilveren cloche. 

“Hans, voor jou!”

De koning tilt de cloche op en onthult een taart zoals hij nog nooit heeft gezien. 

“Wat is dit, lieverd?” roept hij verbaasd uit.

“Omdat jij zo van lekker eten houdt heb ik speciaal voor jou een taart gebakken zoals je nog nooit geproefd hebt. Met chocolade, kersen en slagroom. Proef maar eens!”

“Hmmmmmmmmmm, heerlijk!” zegt de koning. Hij smakt er vrolijk op los. Zijn bolle wangen en zijn bolle buik lijken nog wel iets ronder te worden. “Heerlijk!” klinkt het weer. “Dit is het mooiste cadeau dat ik ooit heb gekregen. Hoe heet de taart?”

“Wel, Hans,” zegt koningin Gretl, “deze taart heet naar het bos dat ons omringt. Ik heb deze de naam Zwartewoudtaart gegeven.”

 

En dat is waarom de inwoners van het kleine koninkrijk in het Zwarte Woud ieder jaar met de verjaardag van de koning deze taart eten. En ze leefden nog lang en gelukkig!

 

Johannes R


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.